plattegrond Antro della Sibilla

 

> opzet van en richtsnoer voor de enscenering

> korte inhoud

> de grot van de sibylle als model

DOOR 100 HOLEN ZINGEND

 

 

OVER DE ENSCENERING

 

De fantasie De K van Skylla - aanvankelijk voor een webopera bedoeld - is ten slotte uitgemond in een fantasie voor wat ik in de inleiding van Deel 3 - Het Werk een ‘leesopera’ heb genoemd. Een ‘opera’ als platonische fantasie’, dat wil zeggen een fantasie in woord en beeld van een gedachte muziek-theatrale voorstelling. (Zie voor meer hierover de inleiding van Deel 3.)

Ik ben librettist noch componist, noch wil ik iets in die richting wagen. De fantasie blijft wat mijn aandeel betreft beperkt tot de vorm die het project tot nu toe gekregen heeft: die van leesopera in drie delen en een supplement, maar het is natuurlijk wel zo dat ik voor mijzelf bepaalde voorstellingen heb - ideeën, dromen, fantasieën, enzovoort - over wat van deze leesopera te maken zou zijn als (platonische wens) een muziektheaterspecialist in samenwerking met een componist en een librettist de fantasie ten uitvoer zou brengen.

De fantasie kan op verschillende manieren worden gerealiseerd: als ‘echte’ opera of muziektheaterstuk, een enscenering dus om in een theater of op een speciale locatie opgevoerd te worden, of als ‘geregistreerde’ opera, een enscenering die op beeld- en geluidsdragers wordt vastgelegd. In het laatste geval zijn dan opnieuw verschillende vormen mogelijk waarin het werk vertoond kan worden. Als media- of web-opera, wat wil zeggen dat het werk digitaal op een media-beeldscherm (of in holografische vorm) kan worden gezien, of als video-opera, maar dan in de vorm van een gedigitaliseerde video-installatie.

De ‘enscenering’ die in dit hoofdstuk schematisch wordt beschreven, is die van een ‘echte’ en dus geënsceneerde voorstelling die in een theater of op locatie kan worden opgevoerd - en tegelijkertijd geregistreerd kan worden. Maar de schema’s zijn net zo goed bruikbaar voor een in studio’s opgenomen en bewerkte geregistreerdeopvoering, waarbij het dan nog niet uit hoeft te maken of het om een media-opera voor vertoning op een beeldscherm gaat of om een video-opera als video-installatie.

De opzet van en het richtsnoer voor de enscenering van De K van Skylla, die hierna volgen, bevatten een summier schematisch overzicht van de vertelling zoals die in Deel 3 Het Werk is beschreven. Hierin worden handeling en tableau vanuit drie invalshoeken samengevat: (1) die van reëel gebeuren, (2) die van subjectieve beleving en (3) die van mythologische betrokkenheid en/of bemoeienis. Verder bevat het schema essentiële gegevens die per tafereel voor de enscenering zoals ik die mij voorstel, puntsgewijs worden opgesomd: (a) tijd en plaats, (b) het accent binnen de vertelling: als verhaal, als fabel of als fabulerende doorwerking, (c) personificaties en associaties verbonden met Hekate, de oergoden en de Sirenen, (d) op welk vlak sprake is van strijd en hybris, (e) de verdeling protagonist, antagonist, tritagonist en overige personages, (f) de personificaties van de koorsolisten en ripiënisten en (g) bijzonderheden rond het koor.

Verder is er een verkorte versie van de inhoud (de vertelling) van de leesopera. En tot slot een kleine verhandeling over de grot van de Sibille als model voor de enscenering.

 

 

doorsnede Antro della Sibilla (Spelonk van de Sibylle), Cuma 

 

> home - > over de enscenering - > opzet en richtsnoer - > korte inhoud - > de grot als model - > menu