snapshot - heiligdom van Dionysos, Delos (Gr.)

 

Palinuro (1989) - configuratie, videostill

 

 

 

> Hondewacht

> Hondewacht 1 - Hypnos

* Hondewacht 2 - Ourania

> Hondewacht 3 - Phoibe

> Hondewacht 4 - Tartarouchos

 

> Eerste wacht

> Dagwacht

> Voormiddagwacht

> menu

 

 

Hondewacht 2 - Ourania

 

 

 

 

Ik heb er al eerder op gewezen dat de naam Palinurus volgens Connolly een seksuele bijbetekenis heeft en dat in een epigram van Martialis daarop toegespeeld zou worden. Palinurus ('palinouros') zou in het Grieks 'iemand die opnieuw water maakt' betekenen en in die zin door Martialis gebruikt zijn. 'Minxisti currente semel, Pauline, carina./ Meiere vis iterum? Jam Palinurus eris.' Door Connolly/Meijsing als volgt vertaald en toegelicht: ''Je hebt al water gemaakt, Paulinus, toen je boot zo snel liep. Wil je weer pompen? Dan zul je palinure­ren.' (Dat wil zeggen overboord vallen).' Het zouden de woorden 'ourein', 'mingere' en 'meiere' zijn die een dubbelzinni­ge woordspeling bevatten.
Deze suggestie is, doordat ik het Grieks en Latijn niet beheers, voor mij niet na te gaan - ook omdat de woorden 'mingere' (in mijn Latijns woordenboek: 'wateren') en 'meiere' (idem: 'wateren, beslapen') door Connolly en Meijsing in twee verschillende talen zijn vertaald, en het woord 'ourein' alleen maar genoemd wordt en niet verder toegelicht.
'Ourein' komt niet in mijn Griekse woordenboek voor, wel 'oureios' en verwante woorden. Deze woorden hebben alle betrekking op 'bergen' ('in, van, op de bergen'; 'op de bergen rondzwervend', 'op de bergen weidend' enz.), maar ook op 'wachter?' en (ook hier) 'wateren'.
Bij mij doet zich een eigen associatie voor: 'ourein' en 'Ourania', welke laatste een begrip is dat ik diverse malen in mijn mythologische omzwervingen tegengekomen ben en dat ik al in een vroeg stadium in mijn schema's rond Hekate had opgenomen. 'Ourania' is een van de vele epitheta van Aphrodite, de godin van de 'onstuitbare seksuele oerkracht' (Verbruggen, H. p.65). De 'uit schuim geborene', wat bij Hesiodos wil zeggen: uit het schuim dat zich na de ontmanning van Ouranos rond diens ejaculerend lid, dat door Kronos in zee was geworpen, gevormd had. 'Ourania' betekent hier zowel 'hemels' als 'van de berg(en)', zoals de naam van de god van de hemel Ouranos ook 'van de bergen' betekent. Bladerend in handboeken onder het lemma Aphrodite Ourania kom je voornamelijk de ongebreidel­de en vernietigen­de kanten van de afrodisie tegen: tempelpros­titutie, ontmanning, zelfcas­tratie, mannenoffers enzovoort. Het zal, denk ik, niet zo zijn dat Connolly, toen hij de draad bij 'ourein' en de seksuele implicaties daarvan liet vallen, hieraan heeft gedacht; daarvoor is de associatie die ik droom te particulier. Maar van mij zou het wel erg slapmoedig zijn als ik, juist op het moment dat het ouranische aspect daarin op de voorgrond treedt, de droom die ik rond Palinurus droom af zou breken.

 

SIRENEN  (HEKATE-PERSEIS)

Om te beginnen is er de passage aan het einde van het vijfde boek, al direct na de episode rond Palinurus' verdwijnin­g. Het moment waarop Aeneas ontdekt dat zijn schip zonder stuurman vaart en hij zelf het roer - een helmstok die er niet meer is (?!) - moet overnemen. (*11) (Op de betekenis die 'helmstok' in dit verband ook kan hebben, zal ik later terugkomen.) Dat betekent, dat Palinurus, toen hij tijdens zijn wacht op de uitkijk zat, de rots waar eens de geduchte Sirenen gehuisd hadden nog voor zich had liggen. Versregels 864-866:

Reeds naderden zij der Sirenen rots,              
gevaarlijk eens, van veel gebeente wit,           
thans slechts een branding, bruisend reeds van ver

We moeten ervan uitgaan dat op het moment dat Palinurus al dromend voor zich uit zat te kijken de rots nog achter de horizon lag en dus feitelijk niet door hem waargenomen kon worden. Ik droom echter dat hij er wel degelijk weet van heeft gehad, omdat deze rots in het kustgebied waar zij op afstevenden een berucht obstakel was, waarmee terdege rekening gehouden moest worden.
Nu hadden de Sirenen zich al van kant gemaakt. In plaats van hun verlokkelijke gezang was alleen nog maar het gebeuk van de golven tegen het rotseiland te horen (Williams, comm. 5.864f). Maar deze passage verdient, net als die met Venus en Neptunus vlak voor de Palinurus-episode, meer dan alleen voor kennisgeving aangenomen te worden, omdat de reminiscen­ties van sinistere verleide­lijkheid op een wonderlijke manier passen bij de wending die mijn droom inmiddels heeft genomen.
De Sirenen waren een soort vogeldemonen geweest. Half vogel, half vrouw; tot en met de borsten hoofd en lichaam van een vrouw, daaronder vogellichaa­m. Ze hadden geprobeerd door hun verleidelijk gezang passanten de dood in te lokken en waren gedoemd te sterven wanneer het een zeeman zou lukken hun gezang te horen en toch ongedeerd aan hen voorbij te varen. Dat zij de streek niet langer onveilig maakten toen Aeneas langs kwam gevaren, kwam omdat het Odysseus, die het zingen wel wilde horen zonder het met de dood te bekopen, gelukt was ongedeerd aan de knekelrots voorbij te ko­men (Homeros, O. 12.158-200). Toch is hiermee niet alles over de Sirenen gezegd, althans niet in relatie tot de Palinurus die ik in mijn droom voor mij zie: zoals hij die maannacht achter op Aeneas' schip voor zich uit zit te dromen.

  Graves over hun naam: 'zij die met een touw vastbinden' of 'zij die wegkwijnen'. Over hun eiland: in de Tyrrheense zee vlak onder de kust van Italië; volgens sommigen, o.a. Homeros, niet ver van Skylla en Charybdis (Capo Peloro bij de nauwe doorgang tussen Italië en Sicilië), volgens anderen hetzij op of vlakbij Capri (dat wil zeggen het gebied waar het hier om gaat), hetzij ter hoogte van Paestum (dat wil zeggen vlak bij Capo Palinuro). Over hun relatie met de Harpijen, eveneens wezens half vogel, half vrouw: de Sirenen als volle nichten van de afgrijselijke Harpijen; op grafmonumenten werden de Sirenen afgebeeld als doodsengelen die treurliederen zingen, maar er werd ook van hen gezegd dat ze erotische bedoelingen met de helden om wie ze treurden hadden; aangezien men geloofde dat de ziel wegvloog in de gestalte van een vogel, werden de Sirenen, net als de Harpijen, ook wel als roofvogels afgebeeld, die erop loerden om zo'n gevleugelde ziel te vangen.
  Kerényi: godinnen van liefde en dood; dienaressen van Demeter, respectieve­lijk Persephone, door de koningin van de Onderwereld de wereld ingezonden. Volgens Hesiodos had Zeus de Sirenen in overeenstemming met hun relatie tot liefde en dood het eiland Anthemoessa ('rijk aan bloemen') als ver­blijfplaats gegeven. Er zijn in vroegere en latere afbeeldingen van de Sirenen qua vorm reminiscenties aan de maan (door hun ei-vormige lichaamsbouw en door Endymion/Selene-achtige enscenerin­gen) te vinden. Zij waren dienaressen van de godin van de dood, maar volgens Euripides ook dragers naar de hemel van stervelingen of hun menselijke verlangens.
  Er waren twee groepen van drie Sirenen: een Griekse en een Grootgriek­se/Tyrrheense groep, elk met een drietal eigennamen. De betekenis van hun namen vol­gens Kerényi (en tussen haakjes die volgens Graves): Griekse groep: 'de betoverende, verruk­kende' ('kalme­rende woorden'), 'zij met de prachtige stem' ('mooi gezicht', 'mooie stem') en 'de verleidende' ('de geest overre­dend'); Tyrrheense groep: 'de maagdelijke' ('gezicht van een maagd'), 'de witte godin' ('wit wezen') en 'zij met de heldere stem' ('schril').
  Mavromataki: de Sirenen konden ook als Muzen van de Onderwereld beschouwd worden; hun gezang bracht de mensen hun verloren dromen in herinnering.
  Reimer: De Sirenen zijn misschien een symbool van het doodsgevaar dat de zeeman altijd bedreigt, maar steeds weer lokt.

Alles bij elkaar vormen de Sirenen genoeg aanknopingspunten om, net nu de maannacht door haar keerpunt is gegaan, niet alleen op een droefgeestige manier door te dromen. Het is namelijk niet ondenkbaar dat onder de godverlaten omstandigheden van dat ogenblik reminiscen­ties van de Sirenen en van hun verleidelij­ke, maar tot vernieti­ging leidende gezang zich in Palinurus' innerlijk gehoor met het zachte gedruis van de kalme, maanscheme­ri­ge zee en de slaapgelui­den van de bemanning vermengd hebben. En dat niettegenstaande zijn droef gestemde bedachtzaamheid, het besluit dat hij aan het nemen was ook een vleug van avontuurlijke roekeloos­heid kwam te bevatten.

 

> home - > eerste wacht - > hondewacht > 1 > 2 > 3 > 4 - > dagwacht - > voormiddagwacht - > menu