ANALECTA 1 - DERDE BOEK / DE ZWERFTOCHT NA TROJE

10. LANGS DE OOSTKUST VAN TRINAKRIA

Langs de oostkust van Trinakria.

Vervolg van de tocht zuidwaarts langs de oostkust van Trinakria, waarbij de Trojanen de weg gewezen wordt door de van de plek met de kyklopen meegenomen Griek, die het traject in omgekeerde richting al eens met Odysseus had afgelegd.
Eerst zeilen ze de brede monding van de Pantagyas voorbij, een rivier die volgens de titel van een aquarel uit 1778 in het Rijksmuseum Porcari heet en afgaand op de afgebeelde Etna overeenkomt met het iets ten zuiden van Catania gelegen Foce di Simeto, eveneens een brede monding (en de enige in de verre omstreken daar) van twee rivieren die thans Simeto en Gornalunga heten. Vervolgens varen zij voort langs langs de baai Ta Megara (het huidige Megara Hyblaea met veel olie-industrie) en het schiereiland Thapsos, beide in de golf die nu Golfo di Augusta heet gelegen. (v 688-691)

10e landingsplaats - Eurakousai

Eurakousai is het huidige Siracusa, met - achtereenvolgens - Kaap Plemyrium (693), het eiland Ortygia (694) en Arethusa’s bron (696), waarvan het water afkomstig zou zijn van de Alpheus, een rivier die vanuit  Elis in het noordwesten van de Peloponnesos onder de zee door naar Ortygia zou stromen. De Trojanen brengen daar offers aan de goden van het land, waarna zij, de welige riviergronden van Elooros passerend (de streek waar het huidige Noto ligt), op de zuidelijkste punt van Trinakria afstevenen.

> terug / omhoog naar begin pagina